het visseizoen zelfst.naamw. Afbreekpatroon: vis·sei·zoen Verbuigingen: visseizoenen (meerv.) Verbuigingen: visseizoentje (verkleinwoord) een seizoen waarin het toegestaan is om te vissen Voorbeeld: 'Vandaag is het visseizoen officieel geopend!' . 3 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/visseizoen
jaarlijks terugkerende periode waarin wordt gevist; specifieker ook: jaarlijks terugkerende periode met een strikte termijn waarbinnen mag worden gevist onder vergunningsvoorwaarden opgelegd door de overheid; seizoen om te vissen Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/visseizoen