
voorstaan werkw. Uitspraak: [ 'vorstan ] Afbreekpatroon: voor·staan Vervoegingen: stond voor (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft voorgestaan (volt.deelw.)
1) meer punten hebben dan iemand anders sport Voorbeeld: 'Hij staat voor met 2-1 in sets.' Antoniem: achterstaan
2) (iets) willen of bepleiten Vo...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/voorstaan

1) Opwerpen 2) Dienen 3) Bevorderen 4) Handhaven 5) Verdedigen 6) Aansluiten
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Voorstaan/1
laten blijken dat je denkt dat het juist is vb: wij hebben deze mening altijd voorgestaan
je ergens op laten voorstaan
[er overdreven trots op zijn]Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/
Geen exacte overeenkomst gevonden.