het waterglas zelfst.naamw. Afbreekpatroon: wa·ter·glas Verbuigingen: waterglazen (meerv.) Verbuigingen: waterglaasje (verkleinwoord) 1) een drinkglas voor water Voorbeeld: 'Het waterglas was mooi versierd.' 2) urinaal 3) (geen meervoud) geconcentreerde oplossing van kaliumsilicaat of natriumsilicaat
1) Conserveringsmiddel 1) Kiezelzure potas 
natriumsilicaat (toon de herkomst via de etymologiebank)
natriumsilicaat
Een in water oplosbaar zout dat bekend staat om de sterke reinigende en emulgerende eigenschappen en om zijn suspensie-eigenschappen.
Uit `De lagere vaktalen: Taal der bouwbedrijven` 1914 waterwerend middel voor steen.
Stofnamen, Handelsnamen, Synoniemen: , Buitenlandse-namen en Soorten: Natriumsilicaat, Silicic acid, Sodium salt, Natriumsilikat