wedervaren werkw. Afbreekpatroon: we·der·va·ren Verbuigingen: wedervoer Vervoegingen: wedervaren (volt.deelw.) beleven, ervaren, meemaken, op zijn pad tegenkomen Voorbeeld: 'Wat zij op de tocht wedervoeren valt niet eenvoudig te beschrijven.' . 2 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/wedervaren
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890](Leed zal u niet -) in Ps. XCI:10 wordt dit tot den vrome gezegd; vgl. Spreuk. XII:21. Op den klank af, bij wijze van aardigheid, als antwoord op de vraag: ‘wie was de veerman van David?’ Leed; want er staat immers in den Psalm: ‘leed zal u niet weder varen’. Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0027.php