1.ledig, onbewoond , beschikbaar Voorbeeld: ‘Dat ik maar een huis hadde, herzegde hij gedurig. Hij wilde reeds terugkeren - al de huizen die hij kende waren bezet en daar stond nievers een kortwoonst wepel’ (Langs Wegen 184) 2.niet-verloofd Voorbeeld: ‘(Hij vernam) hoe zij (...) geen manskerel bekijken wilde, wepel liep en hare tijd... Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0025.php