wijsmaken werkw. Uitspraak: [ ˈwɛismakə(n) ] Afbreekpatroon: wijs·ma·ken Vervoegingen: maakte wijs (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft wijsgemaakt (volt.deelw.) laten geloven Voorbeeld: 'Wie heeft je die lariekoek wijsgemaakt?' Maak dat je grootje wijs! (<dit zeg je als je helemaal niet gelooft wat iemand zegt>) Synoniemen: a... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/wijsmaken
ervoor zorgen dat hij het gelooft, terwijl het niet waar is vb: Hugh heeft mij wijsgemaakt dat ik een prijs gewonnen heb Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=wijsmaken