aanpraten werkw. Uitspraak: [ 'anpratə(n) ] Afbreekpatroon: aan·pra·ten Vervoegingen: praatte aan (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft aangepraat (volt.deelw.)
door overtuigend praten iemand iets laten kopen of geloven Voorbeeld: 'Ik heb me deze dure computer laten aanpraten.' Synoniemen: aansmeren opdringen wijsmaken
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/aanpraten
1) Doen geloven 2) Aansmeren 3) Aanraden 4) Opdringen 5) Recommanderen 6) Aanlijmen 7) Inprenten 8) Manier van verkopen 9) Wijsmaken
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Aanpraten/1
Aanpraten is het mooier laten lijken dan dat iets is, meestal als doel dat iemand iets koopt. ( De verkoper praatte de man een auto aan. )
[basiswoordenlijst groep 7]Gevonden op
https://wikikids.nl/Aanpraten
Geen exacte overeenkomst gevonden.
