de winterslaap zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈwɪntərslap ] Afbreekpatroon: win·ter·slaap toestand waarin sommige dieren in de winter half verdoofd zijn, om energie te sparen Voorbeeld: 'De egel houdt in zijn hol een winterslaap.' 5 definities...
1) Hibematie 2) Hibernatie 3) Lethargie 1) Hibernatie 2) Rustperiode 3) Winterrust 
langdurige slaap die sommige dieren houden om de koude van de winter en het voedselgebrek dat dan heerst te overleven
[levenswetenschappen] Winterslaap is een toestand van een verlaagde stofwisseling met een verlaagd bewustzijn die bij sommige dieren gedurende de winter voorkomt. Het is een rustperiode waarin het dier vrijwel geen energie verbruikt en dus kan blijven slapen. Voorbeeld van een winterslaper is de egel.
Tijdens de koude wintermaanden hebben mensen en warmbloedige dieren extra energie nodig om hun lichaam op temperatuur te houden. Deze extra energie halen ze uit hun voedsel. Omdat in de winter het voedsel schaars is trekken sommige dieren naar het zuiden om te overwinteren. Anderen zoals egels en vl...
een periode waarbij een dier een lage lichaamstemperatuur heeft, langzaam ademhaalt en een laag hartritme heeft, om de winter te overleven zonder te zoeken naar voedsel. Bijvoorbeeld: vleermuis en egel.