zich pronoun Uitspraak: [ zɪx ] <woord waarmee je naar een andere, al genoemde persoon verwijst> Voorbeelden: 'Hij heeft zich vergist.' , 'Mensen laten zich het gemakkelijkst overtuigen door oudere, blanke mannen met een bril.' Synoniemen: zichzelf Spreekwoorden en zegswijzen • zijn schepen achter zich ...
1) Reflexief pronomen 2) Reflexief voornaamwoord 3) Tsjechische componist 4) Voornaamwoord 5) Wederkerend voornaamwoord 6) Wederkerig voornaamwoord 
voornaamwoord (toon de herkomst via de etymologiebank)
wederkerend vb: hij wast zich
1) (niet) 2) (niet) zich (niet) alles laten welgevallen; wel of niet van zich af durven bijten
•derde persoon enkelvoud en meervoud. • [WikiW
ergens heengaanin de genoemde toestand zijn; ergens zijnrechtvaardiging ontlenen aanvertrouwelijke en genegen band met iemand aangaanzijn best doen voor ietsdoen, vervullenwraak nemenzich haastenin zijn werk gaan, gebeuren(verouderd) hoogmoedig worden of zijnin een zekere betrekking staanophoepelen
wederkerend voornaamwoord - Jaar van herkomst: 901-1000 (WPS )