de zielenpiet zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: zie·len·piet Verbuigingen: zielenpieten (meerv.) Verbuigingen: zielenpietje (verkleinwoord) iemand waarmee men medelijden kan hebben Voorbeeld: 'Hij is echt geen zielenpiet, hoor, hij kan wel tegen een stootje.' . Synoniemen: dromm drommel stakker stumper sukkel zielenpoot 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/zielenpiet