de bark zelfst.naamw. Verbuigingen: barken Verbuigingen: barkje typen zijlschepen met drie of meer masten Synoniemen: hulk pink schuit Gevonden op https://woorden.org/woord/bark
groot zeilschip met drie tot vijf masten waarvan de achterste mast de zeilen niet dwars op de lengterichting van de scheepsromp voert maar in het verlengde daarvan; tegenwoordig ook ruimer in toepassing op meerdere types van deels dwars en deels in de lengterichting getuigde zeilschepen snippers van boomschors of hout die als bodembedekking voor re... Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/bark
[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Bark``] Benaming van verschillende soorten van koopvaardij- en oorlogsschepen, die door enkele bijzonderheden van bouw en van tuigaadje van elkander en van anderen onderscheiden zijn. Als oorlogsschepen komen de B. thans niet meer voor Gevonden op https://dbnl.org/tekst/land016mili01_01/land016mili01_01_0003.php
Let op: Spelling van 1858 barque, Fr., een klein vaartuig, meest gebruikt wordende ter vervoering van koopmansgoederen en levensmiddelen Gevonden op https://dbnl.org/tekst/weil004kuns01_01/
Let op: Spelling van 1914 Op de Benedenwindsche eilanden de algemeene naam voor kotters, van het Spaansche woord barco.
Gevonden op https://encyclo.nl/lokaal/10738
1> tot het eind van de 17de eeuw gebruikte term voor grotere, dus gedekte , zeilschepen waaronder bijv. de geboeide Heude . De term is een rechtstreekse afleiding van het Franse barge en behalve tot bark ook verbasterd tot Baardze . In de 17de begon de term over te gaan op de meer zeegaande vaartuigen. gtb.ivdnt.org. Daar ook enige samenstelling...... Gevonden op https://www.binnenvaarttaal.nl/zoek.php?woord=bark