de achterdeur zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ ˈɑxtərdɵ:r ] Afbreekpatroon: ach·ter·deur Verbuigingen: achterdeuren (meerv.) deur aan de achterkant van het huis Antoniem: voordeur Synoniemen: achteruitgang Spreekwoorden en zegswijzen • via de achterdeur (=indirect, onopgemerkt, stiekem) • een Gevonden op https://www.woorden.org/woord/achterdeur
Een achterdeur is bijvoorbeeld de deur die naar de tuin leidt, of gewoon een andere deur om naar binnen te komen naast een voordeur. [basiswoordenlijst groep 5] Gevonden op https://wikikids.nl/Achterdeur