Amplificeren definities

Zie ook: amplificeer

amplificeren

amplificeren werkw. Uitspraak: [ ɑmplifi'serə(n) ] Afbreekpatroon: am·pli·fi·ce·ren Vervoegingen: amplificeerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geamplificeerd (volt.deelw.) vergroten of vermeerderen Voorbeeld: 'een stuk DNA amplificeren'
Gevonden op https://www.woorden.org/woord/amplificeren

---

Amplificeren

1) Uitbreiden 2) Vergroten 3) Uitvoerig uiteenzetten
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Amplificeren/1

---

amplificeren

vergroten
Jaar van herkomst: 1553 (WNT )
Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/sijs002chro01_01/colofon.php

---

amplificeren

vergroten (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op https://www.etymologiebank.nl/trefwoord/amplificeren

---