axon zelfst.naamw. Verbuigingen: axonen een uitloper van een zenuwcel waarlangs berichten doorgegeven worden aan belendende cellen 
1) Ascilinder 2) Zenuwuiteinde 3) Neuriet 4) Uitloper van een zenuwcel
Een axon (van het Griekse woord voor as) is een uitloper van een neuron die elektrische impulsen geleidt. Het zijn de primaire elementen van informatieoverdracht in het zenuwstelsel.
Het axon (of neuriet) is de uitloper van het cellichaam van de zenuwcel, die impulsen vervoert naar andere zenuwcellen of naar uitvoerende organen (spieren). Doorheen een axon verloopt de impuls van het cellichaam weg. Axonen kunnen langer dan een meter zijn, hoewel ze maar 1 micrometer dik zijn. Bij gewervelde dieren zijn de axonen omgeven door e....
uitloper van neuron (toon de herkomst via de etymologiebank)
hoofdvezel die informatie van neuron cellichaam naar volgende station brengt
deel van een zenuwcel
uitloper van een zenuwcel die informatie afvoert
zie Neuron
dunne, lange, cylindrische structuur die info overbrengt v-h cellichaam v-e neuron naar haar eindknoppen
Neuriet; uitloper van een zenuwcel..
Zenuwuitloper van een zenuwcel. Is omgeven door myeline en zorgt ervoor dat zenuwimpulsen doorgegeven worden aan andere zenuwcellen.
De meeste neuronen hebben één enkele, zeer lange uitloper (axon). Alle axonen ontspringen uit het perikaryon via een korte, trechtervormige uitstulping, de axonheuvel. Via het axon kunnen opgevangen signalen of impulsen weer doorgegeven worden aan andere cellen (neuronen, spiercellen, kliercellen). Bij vertebraten is het axon omgeven door een mye...