de branieschopper zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'branisxɔpər ] Afbreekpatroon: bra·nie·schop·per Verbuigingen: branieschoppers (meerv.) iemand die brutaal is en opschept (1) Voorbeeld: 'de branieschopper had het hoogste woord' Synoniem: lefgozer Synoniemen: haantje Gevonden op https://www.woorden.org/woord/branieschopper