Bricoleren definities

Zoek op
Zie ook: bricoleer

bricoleren

bricoleren logo #1000 bricoleren werkw. Uitspraak: [ briko'lerə(n) ] Afbreekpatroon: bri·co·le·ren Vervoegingen: bricoleerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gebricoleerd (volt.deelw.) op een ondoelmatige manier iets maken of repareren Voorbeeld: 'Het toestel is kapot, je kunt zelf gaan bricoleren of een vakman bellen.' Synoniem: prutsen ...
Gevonden op https://www.woorden.org/woord/bricoleren

Bricoleren

Bricoleren logo #10101) Uitvluchten zoeken 2) Achterbaks handelen 3) Biljartterm
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Bricoleren/1

bricoleren

bricoleren logo #11306over de band spelen (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/bricoleren
Geen exacte overeenkomst gevonden.