dalen werkw. Uitspraak: [ ˈdalə(n) ] Afbreekpatroon: da·len Vervoegingen: daalde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is gedaald (volt.deelw.) naar beneden gaan Voorbeelden: 'dalende vliegtuigen' , 'dalende prijzen' , 'een dalende temperatuur' Antoniem: stijgen Synoniemen: afdalen afnemen declineren lager worden minder worden minderen minw...
1) Neerwaarts gaan 2) Naar beneden gaan 3) Neer 4) Neergaan 5) Naar beneden komen 6) Naar omlaag gaan 7) Naar omlaag 8) Neigen 9) Minder hoog worden 10) Neerkomen 11) Struikelen 12) Zweedse natuurkundige 13) Plaats in Nederland 14) Plaats in Drenthe 15) Vervallen 16) Verminderen in hoogte 17) Verminderen 
Dalen is een Engelse jongensnaam. Het betekent `aantrekkelijk`. Extra info: Dalan, Dalen, Dallan, Dallen 
omlaag gaan
dadels, vruchten van de dadelpalm, Phoenix dactylifera.
een toponiem (toon de herkomst via de etymologiebank)
een kleinere waarde krijgen vb: de prijzen zijn gedaald Synoniem: zakken Tegenstelling: stijgen
• [erga] naar beneden gaan.
omlaag gaan
Dalen betekent naar beneden gaan. [basiswoordenlijst groep 6]
[Let op: mogelijk oud Nederlands van 1400-1800] afstammen