de garage zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ xaˈraʒə ] Afbreekpatroon: ga·ra·ge Verbuigingen: garages (meerv.) 1) bergplaats voor auto's Voorbeeld: 'de auto in de garage zetten' 2) bedrijf dat auto's repareert en verkoopt Voorbeeld: 'We kunnen niet met mijn auto gaan, want die staat bij de garage voor een beurt.' ... Gevonden op https://woorden.org/woord/garage
stalling voor auto vb: de auto staat in de garage plaats waar auto's gerepareerd worden vb: mijn auto moet naar de garage Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/