
de geilpik zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: geil·pik Verbuigingen: geilpikken (meerv.) Verbuigingen: geilpikje (verkleinwoord)
wellustig persoon, louter op seks belust iemand .
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/geilpik
Geen exacte overeenkomst gevonden.