heenlopen werkw. Afbreekpatroon: heen·lo·pen Verbuigingen: liep heen Vervoegingen: heengelopen (volt.deelw.) 1) enz. 2) tweede betekenisomschrijving. Voorbeeld: 'Zin met het heenlopen in de tweede betekenis erin.' 3) de betreffende plaats lopend verlaten Voorbeeld: 'Hij is toen maar hoofdschuddend h... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/heenlopen