
Spreekwoorden: (1914)
Heet zijn op iets,d.w.z. verzot, verslingerd zijn op iets; eig. van verlangen branden naar iets (hd. brennen vor Verlangen; fr. brûler de), eene ziedende begeerte gevoelen naar iets, gebrand zijn op iets (zie n<sup>o<-sup>. 615), een brander hebben op iets of iemand (Molema, 55 b)....
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Heet zijn op iets,d.w.z. verzot, verslingerd zijn op iets; eig. van verlangen branden naar iets (hd. brennen vor Verlangen; fr. brûler de), eene ziedende begeerte gevoelen naar iets, gebrand zijn op iets (zie n<sup>o<-sup>. 615), een brander hebben op iets of iemand (Molema, 55 b)....
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.