
de herfstvakantie zelfst.naamw. (v.) Afbreekpatroon: herfst·va·kan·tie Verbuigingen: herfstvakanties (meerv.) Verbuigingen: herfstvakantietje (verkleinwoord)
een schoolvakantie die in Nederland 1 week duurt in een van de laatste twee weken van oktober Voorbeeld: 'De herfstvakantie is zeer geschikt voor culturele uitstapjes.' . 2 definiti...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/herfstvakantie
1) periode in de herfst waarin iemand gedurende een aantal dagen of weken vrij is van werk; vakantie in de herfst
2) jaarlijkse periode in de herfst waarin onderwijsinstellingen een aantal dagen gesloten zijn; schoolvakantie in de herfstmaanden
Gevonden op
https://anw.ivdnt.org/article/herfstvakantie

In Nederland stelt de minister van OCW de data voor de zomervakanties vast. De overige vakanties zoals de herfst-, kerst-, voorjaars- en meivakantie mogen de scholen zelf bepalen. Goedkeuring of toestemming van de minister is daarvoor niet nodig. De minister geeft wel een advies over de data van deze kleine vakanties.
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10795

Korte schoolvakantie in het najaar (oktober). Ook wel astervakantie
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10965
Geen exacte overeenkomst gevonden.