hoepelen werkw. Afbreekpatroon: hoe·pe·len Verbuigingen: hoepelde Vervoegingen: gehoepeld (volt.deelw.) 1) enz. Voorbeeld: 'Zin met het hoepelen in de tweede betekenis erin.' 2) het spelen met een hoepel door deze rond de middel rond te draaien . 3 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/hoepelen
ophoepelen, zich wegpakken, vertrekken - Voorbeeld: ‘'k Zeg u dat we onteigend worden (...) We krijgen een brief, het huis wordt geschat en betaald, en we mogen hoepelen - zien dat we onder dak geraken’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0011.php