Zie ook:
italianiseer

italianiseren werkw. Afbreekpatroon: ita·li·a·ni·se·ren Verbuigingen: italianiseerde Vervoegingen: geïtalianiseerd (volt.deelw.)
1) Italiaans maken Voorbeeld: 'De kunst werd in die tijd geïtalianiseerd.'
2) Italiaans worden; de levenswijze, gewoonten, taal e.d. van de Italianen overnemen Voorbeeld: 'Die Pausen...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/italianiseren
Geen exacte overeenkomst gevonden.