[Let op: Spelling en uitleg uit 1890]een volksvermaak, later een kinderspel, voornamelijk op Driekoningendag in zwang. Daarbij stond de koningskaars, die den vorm van een drietandige vork had, midden in een lange rij kleine kaarsjes, bij het springen werden bepaalde liedjes gezongen. Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0015.php