eig.: klein of onbenullig persoon , vleinaam van een klein kind; ook: oud en zwak persoon - Voorbeeld: ‘In de klas wist Lieveke dat veertigtal kadodders in de band te houden en te boeien om hun de eerste wijsheid in te prenten’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0014.php