de knuppel zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈknʏpəl ] Afbreekpatroon: knup·pel Verbuigingen: knuppels (meerv.) dikke ronde stok om mee te slaan Voorbeeld: 'een bal met een knuppel in het veld slaan' de knuppel in het hoenderhok gooien (iets zeggen of doen dat veel opschudding veroorzaakt) Synoniemen: knoet knots ploertendoder wapen Spree... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/knuppel
iemand die erg onhandig is vb: kijk uit waar je loopt, knuppel! Synoniemen: klungel kluns sukkel lul dikke ronde stok om mee te slaan vb: de agent droeg een knuppel aan zijn riem de knuppel in het hoenderhok gooien [iets zeggen waar mensen boos of verschikt op reageren] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=knuppel
1> korte houten knuppel met daarin een groef die door de schipper van een kabelpont gebruikt wordt om het vaartuig in beweging te zetten of te stoppen. Vroeger mogelijk ook wuit genoemd. 2> rondhout met daaraan drie ogen. Ook evenaar genoemd. De ogen op de uiteinden worden verbonden met de strengen van het gareel van het trekpaard. Het middels... Gevonden op https://www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?woord=klu#knuppel