[Let op: Spelling en uitleg uit 1920] Λύκων, 1) zoon van Hippocoön, door Heracles gedood. —2) Trojaan, door Peneleüs gedood. —3) Athener, een van de aanklagers van Socrates. —4) Achaeër, die in het leger van Cyrus den jongeren diende; op den terugtocht spoorde hij zijne landgenooten tot verzet tegen ... Gevonden op https://www.gutenberg.org/cache/epub/34955/pg34955-images.html