de (m)/het mastiek zelfst.naamw. Uitspraak: [ mɑs'tik ] Afbreekpatroon: mas·tiek 1) hars waar vernis voor schilderijen van wordt gemaakt 2) elastisch blijvend vulmiddel Spreekwoorden en zegswijzen • mastiek maken (=de dagelijkse schoonmaak verrichten) Naar de spreekwoorden 
1) Stopverf 2) Natuurlijk materiaal 3) Kostbare hars 4) Huisbedekking 5) Wegbedekking 6) Welriekende hars 7) Gegoten asfalt 8) Materiaal voor dakbedekking 9) Hars 10) Kitlijm 11) Gesmolten asfalt 12) Kit 13) Dakbedekking 
hars van de mastiekboom hars die als tranen uit de mastiekboom druppelt en in de vorm van gestolde klompjes wordt verhandeld schilderijvernis die men op basis van mastiek maakt gezichtscrème op basis van mastiek voegkit; kitlijm teerachtig product, vooral gebruikt voor de waterdichte bedekking van daken en voor de aanleg van wegdekken stopverf
Syn.: Asfaltmastiek Def.: warm bereid asfalt met een continu gegradeerd mengsel van zand en vulstof en een overmaat aan bitumen, dat nagenoeg geen holle ruimte heeft
De gomafscheiding van kleine groenblijvende bomen die alleen voorkomen in de landen rond de Middellandse Zee. Lost op in zowel alcohol als terpentijn en wordt gebruikt voor olieverf en deklakken; mastiekvernis wordt geel en broos naarmate het veroudert.
gegoten hars (toon de herkomst via de etymologiebank)
Mastiek is een mengsel van zand, vulstof en bitumen.
Warm bereid asfalt met een continu gegradeerd mengsel van zand en vulstof en een overmaat aan bitumen, dat nagenoeg geen holle ruimte heeft (asfaltmastiek). Warm bereid asfalt met een continu gegradeerd mengsel van zand en vulstof en een overmaat aan bitumen, dat nagenoeg geen holle ruimte heeft (asfaltmastiek). Warm bereid asfalt met een continu g...
harssoort
Hars dat wordt gewonnen op het Griekse eiland Chios en dat bekendstaat om zijn hoge kwaliteit
Mastiek heeft meer betekenissen: