matsen werkw. Uitspraak: [ 'mɑtsə(n) ] Afbreekpatroon: mat·sen Vervoegingen: matste (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gematst (volt.deelw.) (iemand) bevoordelen Voorbeeld: 'De agent heeft me gematst door me alleen een waarschuwing en geen bon te geven.' Synoniemen: bevoordelen gunstig behandelen Gevonden op https://woorden.org/woord/matsen
iemand meer geven dan de anderen vb: ik heb dat arme joch een beetje gematst Synoniemen: bevoordelen voortrekken bevoorrechten Tegenstellingen: discrimineren achterstellen Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/
•zichzelf of een ander helpen door het niet zo nauw te nemen met de regeltjes. •tweede betekenisomschrijving. •enz. Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/matsen