de meter zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'metər ] Afbreekpatroon: me·ter Verbuigingen: meters (meerv.) 1) eenheid van lengte, 100 centimeter Voorbeeld: 'twee meter lang en bijna een meter breed' voor geen meter (helemaal niet) 2) apparaat dat iets meet Voorbeeld: 'hoogtemeter' Synoniemen: doopmoe doopmoeder meetin... Gevonden op https://woorden.org/woord/meter
[natuurkunde scheikunde en sterrenkunde] Eenheid van lengte. Oorspronkelijk gekozen als één tienmiljoenste deel van de afstand tussen evenaar en polen, en vervolgens vastgelegd in een standaardmeter van platina, bewaard in Parijs. In 1983 werd de meter veel nauwkeuriger gedefinieerd als de afstand die een vlakke elektromag... Gevonden op https://cultureelwoordenboek.nl/natuurkunde-scheikunde-en-sterrenkunde/mete
Huurboer of pachtboer. Rond het midden van de 17e eeuw pachtte ruim een derde van de Drentse boeren het bedrijf waarop hij zijn bestaan had. In de meeste gevallen was de eigenaar (ook wel `heerschap` genoemd) een andere (grote) boer. In een kleiner aantal gevallen huurde een meier zijn bedrijf van de Landschap (het ging dan om voormalig geestel... Gevonden op https://geheugenvandrenthe.nl/#encyclopedie-drenthe
grote stap, 100 centimeter vb: het huis was vijf meter breed apparaat om te meten vb: de gasmeter meet hoeveel gas je gebruikt vrouw die optreedt als beschermer van een kind vb: de meter hield het kind van haar zus ten doop Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/
De meter (symbool m ) is de internationale standaardeenheid voor lengte . Daarvan afgeleid zijn de namen van [basiswoordenlijst groep 4] Gevonden op https://wikikids.nl/Meter