1) samen met een ander of anderen ergens naartoe willen gaan; willen meegaan op een reis, een tocht, een vakantie e.d.
2) met een voertuig willen meegaan, hetzij in het openbaar vervoer, hetzij in een particulier voertuig; met een voertuig willen reizen of willen meegaan; meegaan; meereizen
3) op dezelfde wijze willen denken o...
Gevonden op
https://anw.ivdnt.org/article/meewillen

1.gunstig zijn Voorbeeld: ‘
Het geluk wilde ons mede’ 2.niet weerspanning zijn Voorbeeld: ‘
Als hij zelf maar meewilde, niet zo schuw deed en, zich wat hartstochtelijker dorst overgeven’
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0016.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.