mokken werkw. Uitspraak: [ ˈmɔkə(n) ] Afbreekpatroon: mok·ken Vervoegingen: mokte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gemokt (volt.deelw.) een beetje boos, stil en verdrietig zijn Voorbeeld: 'zitten te mokken, omdat je niet mee mag' Zie ook: mok Synoniemen: kniezen pruilen Gevonden op https://woorden.org/woord/mokken
Drinkgerei, vaak cilindrisch van vorm, met een vlakke bodem, met één handvat en soms met een deksel. Categorie: Houders > drinkgerei. Gevonden op https://encyclo.nl/lokaal/10491