de opticien zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ɔptiˈʃɛ̃ ] Afbreekpatroon: op·ti·cien Verbuigingen: opticiens (meerv.) iemand die als beroep brillen en contactlenzen verkoopt 7 definities
1) Beroep 2) Brillendeskundige 3) Brillenmaker 4) Brillenman 5) Brillenspecialist 6) Brillenverkoper 7) Gezichtkundige 8) Iemand die kundig is in de optica 9) Oogdeskundige 10) Oogspecialist 11) Verkoper van brillen 12) Vervaardiger van brillen 13) Winkelier 1) Brillenmaker 
Een opticien is iemand die deskundig is op het gebied van de optica. Hij of zij is voornamelijk werkzaam binnen de oogzorg. Een opticien werkt in de meeste gevallen voor een brillenzaak waar hij mensen helpt die problemen hebben met de ogen. Daarbij kan het gaan om slechtziendheid. In die gevallen meet de opticien hen een bril of contactlenzen aan ...
oogmeetkundige, maker en verkoper van brillen (toon de herkomst via de etymologiebank)
1) iemand die voor zijn beroep oogmetingen uitvoert en optische instrumenten vervaardigt en verkoopt, zoals brillen, brillenglazen en contactlenzen; gediplomeerd oogmeetkundige en maker en verkoper van optische instrumenten, zoals brillen, brillenglazen en contactlenzen; winkelier die is opgeleid om brillen en contactlenzen aan te meten en ...
• [beroep] iemand die kundig is in de optica.
brillenmaker
brillenmaker
Een Opticien verkoopt brillen, contactlenzen of andere optische hulpmiddelen (bijvoorbeeld een loep of een zonnebril) aan mensen die niet scherp kunnen zien. Een Opticien werkt bijna altijd in een optiekwinkel (een eigen bedrijf of in loondienst) en voert daar verschillende taken uit. De ogen van cliënten worden gemeten om te kijken van welke ster...