Spreekwoorden: (1914) Pekelzonde, d.w.z. verouderde zonde; kleine zonde. Volgens Winschooten, 160 zijn pekelzonden, die kleine vergrijpen, welke ‘lang te vooren begaan sijn, en in de peekei als bewaard werden om gestraft te werden’. Zie verder V. Moerk. 330; vgl. het 17<sup>de<-sup>-eeuwsche, thans... Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10778