
Spreekwoorden: (1914)
Een pennelikker.Zoo noemt men wel eens een kantoorklerk. In de 16<sup>de<-sup> eeuw komt het woord voor in toepassing op advocaten, notarissen, secretarissen, afschrijvers en dergelijke; vgl. o.a. Kiliaen: Pennelecker, servulus a manu, librariolus; Leuv. Bijdr. IV, 212: Clercken, apteker...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.