het pessimisme zelfst.naamw. 1) de verwachting dat gebeurtenissen ongunstig gaan uitvallen 2) wijsgerige waardering van werkelijkheid en leven die deze als noodzakelijke oorzaken van ongeluk en ellende beschouwt 
1) Zwartgalligheid 2) Zwartkijkerij 3) Zwaarhoofdigheid 4) Negatieve instelling 5) Mismoedigheid 6) Sombere verwachting 7) Defaitisme 
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] het tegenovergestelde van optimisme (zie aldaar). Van Latijn pessimus, d.i. de slechtste. Woord door Schopenhauer (1788-1860) in omloop gebracht, als uitdrukking voor een beschouwingswijze van de wereld en van het menselijk leven. Die beschouwing is allerongunst...
neiging alles negatief te zien
zwaartillendheid (toon de herkomst via de etymologiebank)
neiging om te denken dan alles slecht afloopt vb: er heerst tegenwoordig veel pessimisme onder de mensen Tegenstelling: optimisme
'Pessimisme' (van het Latijnse 'pessimum', slechtste) of 'negativisme' is van het slechtste uitgaan. Pessimisten gaan ervan uit dat deze wereld de slechtste van alle mogelijke werelden is, in tegenstelling tot optimisten, die stellen dat deze wereld de beste van alle mogelijke werelden is.
neiging alles negatief te zien