saneren werkw. Uitspraak: [ saˈnerə(n), sɑˈnerə(n) ] Afbreekpatroon: sa·ne·ren Vervoegingen: saneerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gesaneerd (volt.deelw.) weer gezond maken Voorbeelden: 'je gebit laten saneren door de tandarts' , 'een bedrijf saneren' Synoniemen: gezond maken gezondmaking opruimen sanering 
1) Sanering 2) Gezondmaking 3) Gezond maken 4) Op orde brengen 5) Zuiveren 6) Weer gezond maken 7) Weer ordenen 8) Hervormen 9) Een gebit gezond maken 10) Beter maken 11) Verbeteren 12) Ordenen 13) Op orde stellen 14) Opruimen 
[geografie en demografie] Gebeurt in de oude wijken van de steden en houdt in dat oude woningen worden afgebroken en vervangen door nieuwbouw.
gezond maken
gezond maken (toon de herkomst via de etymologiebank)
het verwijderen van zwaar verontreinigde grond en verwijderen of schoonmaken van minder verontreinigde grond
•met behulp van ingrijpende maatregelen een einde maken aan een ongezonde financiële toestand. •tweede betekenisomschrijving. •enz.
Wegnemen van verstoring door het inzetten van allerlei maatregelen en instrumenten, onder andere ruimen, baggeren van verontreinigde waterbodems, zuiveren van oppervlaktewater maar ook herstellen van morfologische kenmerken van een aquatisch systeem teneinde een ecologisch waardevol aquatisch ecosysteem te bekomen.
1. In de bouw houdt de term saneren of sanering in het slopen van bouwkundig slechte woningen in een wijk waar niet alle woningen een slechte staat hebben. Het gaat er dus niet om een gehele wijk te slopen en nieuwbouw te plegen, maar alleen de slechte onderdelen te verwijderen. Op de plaats van gesloopte huizen kunnen nieuwe woningen verschijnen m...
Uit de woon--leefomgeving verwijderen van stoffen die allergie kunnen veroorzaken (= allergenen).
Saneren is oude woningen slopen en nieuwe woningen bouwen