Zie ook:
spurt

spurten werkw. Uitspraak: [ 'spʏrtə(n) ] Afbreekpatroon: spur·ten Vervoegingen: spurtte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is gespurt (volt.deelw.)
kort heel hard rennen of fietsen Voorbeeld: 'naar de wc spurten als je diarree hebt' Synoniem: sprinten Zie ook: spurt Synoniemen: sjezen
Gevonden op
https://woorden.org/woord/spurten

1) Hard rijden 2) Hard lopen 3) Hardlopen 4) Snellen 5) Rennen 6) Sprinten 7) Snel lopen 8) Snel sprinten 9) Sjezen 10) Kort sprinten 11) Grote vaart zetten
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Spurten/1

sprinten
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/11555
Geen exacte overeenkomst gevonden.