springend en spartelend - Voorbeeld: ‘De kudde trok in keeuwelende bende al beurelend het hof af naar de weide. Daar was het een krioeling van springspartelend jong goed tussen gezapig voorttrakelende, gedaagde moederkoeien’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0021.php