de spurt zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ spʏrt ] Verbuigingen: spurts (meerv.) 1) korte periode dat je heel hard loopt of fietst Voorbeelden: 'winnen door een spurt aan het einde van de wedstrijd' , 'door een spurt nog net de trein halen' Synoniem: sprint (2) 2) vrij luxe en snelle treintransport Voorbee... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/spurt