de stage zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ ˈstaʒə ] Afbreekpatroon: sta·ge Verbuigingen: stages (meerv.) onderdeel van een opleiding waarin je de praktijk leert Voorbeelden: 'stage lopen in een restaurant' , 'drie maanden in Paramaribo zitten voor je stage' Synoniemen: leertijd Spreekwoorden en zegswijzen • de ge ...
1) Detacheringstijd 2) Hospitium 3) Inleidend werk 4) Leertijd 5) Oefenperiode 6) Oefenproeftijd 7) Oefentijd 8) Oefentijd voor een studie 9) Oefentijd voor studie 10) Opleidingstijd 11) Podium 12) Praktijkgericht onderzoek 13) Praktijkperiode 14) Praktische leertijd 15) Proefperiode 16) Proeftijd 17) Proeftijd voor een studie 1) Etage 2) Leertijd 3) Oefentijd 4) Practicum 5) Proeftijd 6) Schoolpracticum 
Periode van praktische voorbereiding op de beroepsuitoefening. In onderwijs betekent dit dat leerlingen en studenten tijdens hun (beroepsgerichte) opleiding gedurende een of meerdere periodes begeleide praktijkervaring opdoen in een bedrijf, school of openbare instelling.
opleidingsperiode in de praktijk (toon de herkomst via de etymologiebank)
proeftijd
proeftijd
buitenschools leerarrangement dat als leerbron bijdraagt aan het verwerven van beroepscompetenties.
(= Podium)Eng.
Tijdens je studie doe je praktijkervaring op door bij bedrijven, instellingen of organisaties 'stage te lopen'. In deze periode voer je een stage- of afstudeeropdracht uit.
Tijdens een stage komen studenten in contact met het concrete werkveld. Studenten krijgen de kans de verworven kennis te confronteren met de beroepspraktijk. Stages laten toe de vaardigheden en attitudes die in het werkveld belangrijk zijn optimaal te ontwikkelen en een eerste werkervaring op te doen. Opdat studenten optimaal zouden kunnen leren ui...
Een vorm van leren in de praktijk, waarbij een student in het kader van zijn studie werkzaamheden verricht bij een bedrijf die in gerelateerd zijn aan de studie die hij volgt.
Mbo-opleidingen worden aangeboden in twee varianten: de beroepsopleidende leerweg (bol) en de beroepsbegeleidende leerweg (bbl). Een leerling die zijn opleiding in de bol-variant volgt, gaat gedurende minimaal 20% en maximaal 60% van zijn opleiding naar een leerbedrijf. Dit deel wordt stage genoemd.
Zie beroepspraktijkvorming (bpv).Zie beroepspraktijkvorming (bpv).