tegenover voorzetsel Uitspraak: [ texə(n)ˈovər ] Afbreekpatroon: te·gen·over 1) aan de overkant Voorbeeld: 'Tegenover mijn huis is een park.' 2) ten opzichte van Voorbeeld: 'Dat is niet zo aardig tegenover je klasgenoot.' Synoniem: jegens Synoniemen: jegens met tegen tegenaan versus Spreekwoorden en zegswijzen ...
1) Tegenaan 2) Anti 3) Aan de overkant van 4) Voorzetsel 5) Aan de overzijde van 6) Aan de overzijde 7) Jegens 8) Vergeleken bij 9) Vergeleken met 10) Versus 11) In vergelijking met 12) Para 13) Ten opzichte van 14) Vis-à-vis 15) Aan de overkant 16) Tegen 17) Aan de andere zijde 
voorzetsel
voorzetsel (toon de herkomst via de etymologiebank)
ten opzichte van vb: het is niet eerlijk tegenover de kinderen
•aan de overzijde van.
voorzetsel
Tegenover betekent: aan de andere kant.