iedere keer maar weer opnieuw; steeds maar weer; telkens weer; negatiever ook: tot vervelens toe; tot in het oneindige; eindeloos Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/uitentreuren
Spreekwoorden: (1914) Uitentreuren, d.w.z. zonder ophouden, onverpoosd (tot vervelens toe); eig. buiten' zonder treuren (eertijds ook sonder treuren), dat is: vroolijk, waaruit zich de beteekenis opgewekt, flink, onverpoosd geleidelijk heeft ontwikkeld. Vgl. Sartorius III, 3, 21: Ghy singht uyt den treuren, dat hij gelijk... Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10778