
(van het weder) kouder, strenger worden - Voorbeeld: ‘
Daarmede bedoelt de vent: eens dat de dagen en de nachten aan klaarte en donker even lang zijn (...) de lucht dan scherp en killig wordt, verstrangt, 't geen nachtvorst meebrengt, het 's morgens vooral bijtend koud kan zijn en rijmen’ (Maanden 313.)
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0024.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.