
waarschijnlijk de hoorn van de narwal (monodon monoceros). Deze dolfijnen, waarvan de mannelijke exemplaren een zeer grote tand of hoorn bezitten die soms bijna twee meter lang wordt en uit ivoor bestaat, werden ook wel zee-eenhoorns genoemd. Men schreef er geneeskrachtige eigenschappen aan toe (vergelijk de eenhoorn als uithangteken bij apothekers...
Gevonden op
http://resources.huygens.knaw.nl/vocglossarium/
Geen exacte overeenkomst gevonden.