I a de waard zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ wart ] Verbuigingen: waarden (meerv.) I b de waard - in zelfst.naamw. Uitspraak: [ war'd - ɪn ] Verbuigingen: waardinnen (meerv.) eigenaar van een herberg buiten de waard gerekend hebben (je plan zien mislukken door een onverwachte omstandigheid) 'Ik had buiten de waard gerekend; door een stori... Gevonden op https://woorden.org/woord/waard
de genoemde prijs hebbend - Jaar van herkomst: 1100 (Willeram ) kastelein - Jaar van herkomst: 1240 (Bern. ) laag liggend land - Jaar van herkomst: 1062 (Claes )
Gevonden op https://dbnl.org/tekst/sijs002chro01_01/colofon.php
baas van een café vb: het bevalt me goed als waard van deze kroeg zoals de waard is vertrouwt hij zijn gasten [als iemand jou niet vertrouwt, zal hij zelf wel niet te vertrouwen zijn] buiten de waard gerekend hebben [er niet op gerekend hebben dat iemand een plan zou kunnen dwarsbomen] Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/