
de winkelmanager zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: win·kel·ma·na·ger Verbuigingen: winkelmanagers (meerv.) Verbuigingen: winkelmanagertje (verkleinwoord)
diegene die de leiding heeft over een filiaal van een winkelketen of van een grootwinkelbedrijf. Voorbeeld: 'De winkelmanager zorgde voor een prettige winkel om in te winkelen.' . ......
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/winkelmanager
Geen exacte overeenkomst gevonden.