Primair colloGeheel bestaande uit de primaire verpakking en het radioactieve afval.
PRACLAY"Preliminary Demonstration Test for Clay Disposal": voorbereidende demonstratieproef met het oog op de berging van hoogradioactief afval in klei. Onderzoekprogramma van NIRAS en het SCK·CEN.
ProtonElementair, stabiel, positief geladen kerndeeltje. Elk chemisch element heeft een verschillend aantal protonen in zijn kern; dit aantal noemt men het atoomnummer.
PuZie Plutonium.
RadionucleïdeRadioactieve nucleïde, of met andere woorden, radioactieve isotoop van een chemisch element. Dus een element met onstabiele kern die spontaan desintegreert en daarbij ioniserende straling uitzendt. Er zijn ongeveer 2 500 verschillende nucleïden bekend, verdeeld over 112 chemische elementen. Daarvan zijn er meer dan 2 200 radioactief.
RadioactiviteitFysisch verschijnsel gekenmerkt door de desintegratie, dit is de reorganisatie, van onstabiele atoomkernen. Deze desintegratie gaat gepaard met het uitzenden van ioniserende straling. Na één of meer desintegraties is de onstabiele kern veranderd in een stabiele, niet-radioactieve kern.
Radioactief vervalVerval van de radioactiviteit in de tijd door het uitzenden van straling, die het gevolg is van de geleidelijke omzetting van radioactieve elementen in stabiele isotopen.
Radioactief afvalAfval waarvoor geen enkel gebruik voorzien is en dat radioactieve stoffen bevat in hoeveelheden die om redenen van stralingsbescherming niet kunnen worden vrijgegeven.
Radio-isotoopSynoniem van radionucleïde (= radioactieve isotoop).
Radio-elementChemisch element dat radioactief is. Een zelfde radio-element kan, al naar gelang het geval, van natuurlijke of kunstmatige oorsprong zijn.
RadVerouderde eenheid voor de geabsorbeerde stralingsdosis; in 1985 officieel vervangen door de eenheid gray.
RemVerouderde eenheid voor dosisequivalent; in 1985 officieel vervangen door de eenheid sievert. 100 rem is gelijk aan 1 sievert.
SAFIR"Safety Assessment and Feasibility Interim Report", een voorlopig verslag over de veiligheid en uitvoerbaarheid van diepe berging. Het SAFIR 1-rapport maakt de balans op van de werkzaamheden uitgevoerd van 1974 tot 1988 op het vlak van de mogelijke berging van radioactief afval in de Boomse kleilaag. Het SAFIR 2 rapport brengt verslag uit van de onderzoeken uitgevoerd in de periode 1990-2000.
SCK·CENStudiecentrum voor Kernenergie, Mol, België.
SchildAfscherming die zorgt voor de biologische of thermische bescherming rondom een kernreactor.
Sievert (Sv)Eenheid gebruikt in stralingsbescherming om, naargelang het geval, het dosisequivalent of de effectieve dosis te bepalen. Ze is gelijk aan 1 joule-kilo en geeft een maat voor de schadelijkheid van een hoeveelheid geabsorbeerde stralingsenergie of van het biologisch effect van straling op een levend wezen.
SplijtstofcyclusDe stappen die nodig zijn om uranium te gebruiken als kernbrandstof voor de productie van elektriciteit. Tot deze stappen behoren het delven en gebruiksklaar maken van uraniumerts, het verrijken van het uranium, het fabriceren van splijtstoftabletten en brandstofelementen en het gebruik ervan in een reactor, de eventuele chemische opwerking om het in de bestraalde brandstof achtergebleven uranium en het ontstane plutonium te recupereren, en het eventueel fabriceren van nieuwe brandstofelementen.
SplijtstofZie kernbrandstof.
SplijtingsproductenNucleïden gevormd door kernsplijting, of dochterproducten van deze nucleïden.
Splijtbaar (stof)Die splijting kan ondergaan door absorptie van neutronen.
SpecificatiesZie acceptatiecriteria.
Staaf (kernbrandstof)Naam gegeven aan een luchtdichte buis die de uranium- en-of plutoniumtabletten bevat die als kernbrandstof gebruikt worden in een drukwaterreactor. Supercompactie
SvZie sievert.
SYNATOMSociété Belge des Combustibles Nucléaires (Belgische Maatschappij voor Kernbrandstoffen).
TerugneembaarheidMogelijkheid, gedurende een bepaalde periode, om het geborgen afval in alle veiligheid terug te nemen met identieke of vergelijkbare middelen als die welke gebruikt werden voor het bergen van het afval. Terugneembaarheid is dus één van de mogelijke gevolgen van de flexibiliteit.
TRANSRADTransportbedrijf voor radioactieve stoffen in België, Fleurus.
UraniumNatuurlijk radioactief element waarvan het atoomnummer gelijk is aan 92 (aantal protonen). Zijn belangrijkste natuurlijke isotopen zijn uranium-235 (0,72% van natuurlijk uranium), dat splijtbaar is, het vruchtbare uranium-238 (99,3% van natuurlijk uranium) en uranium-234 (0,0056%). Alle drie zijn alfastralers.
VerwerkingGeheel van mechanische, fysische of chemische verrichtingen die tot doel hebben de kenmerken van het afval te wijzigen. Het doel van de verwerking is het afval geschikt te maken voor conditionering. Zie onze rubriek "
Verwerking".
VervalproductNucleïden gevormd door de radioactieve desintegratie van andere radionucleïden. In geval van radium 226, bijvoorbeeld, bestaat er 10 suceesrijke vervalproducten uitlopend op het stabiel isotoop, het lood 206.
Verrijkte kernbrandstofKernbrandstof met uranium dat verrijkt werd met één of meer van zijn splijtbare isotopen of waaraan chemisch verschillende splijtbare nucleïden zijn toegevoegd.
Verrijkt uraniumUranium waarvan het gehalte aan de isotoop-235, de enige die splijtbaar is, opgevoerd werd van zijn geringe natuurlijk niveau (0,72% in massa) tot, bijvoorbeeld, 3,5% voor brandstof die bestemd is voor een drukwaterreactor.
VerrijkingProces waarbij het gehalte van een chemisch element aan één van zijn isotopen verhoogd wordt. In het geval van uranium maakt dit proces het mogelijk, via diverse procédés (gasdiffusie, ultracentrifugatie, selectieve opwekking door laser), de concentratie van isotoop 235 te verhogen ten opzichte van isotoop 238 die predominant aanwezig is in natuurlijk uranium.
VerglazingTechniek om de hoogradioactieve vloeistoffen afkomstig van de opwerking van bestraalde kernbrandstof te verwerken en in te sluiten in een glasmatrix. De vloeistoffen worden bij een temperatuur van circa 1 100°C met glasfrit (b.v. borosilicaatglas) versmolten tot een homogeen glasproduct. Dit vloeibare mengsel wordt vervolgens in verzegelde roestvrij stalen containers gegoten, waarin het als gevolg van het afkoelen hard wordt. Zie onze rubriek "
Verwerking".
Verglaasd radioactief afvalRadioactief afval behandeld volgens de verglazingstechniek.
Verbruikte kernbrandstofZie Bestraalde kernbrandstof.
Verarmd uraniumUranium waarvan het gehalte aan de isotoop-235, de enige die splijtbaar is, lager is dan zijn natuurlijk niveau (0,72% in massa). Het wordt voornamelijk verkregen, enerzijds, als co-product van een verrijking (ongeveer 0,3% van uranium-235) en, anderzijds, als bijproduct (1% van uranium-235) van de verwerking van verbruikte kernbrandstof na gebruik in een reactor.
VrijstellingZie Vrijgave.
VrijgavecriteriaVoorwaarden die vervuld moeten zijn om radioactief afval vrij te geven, d.w.z. opdat de risico`s die aan dit afval verbonden zijn, als voldoende klein zouden worden beschouwd. De recentste officiële criteria zijn vastgelegd in het
koninklijk besluit van 20 juli 2001 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 30-8-2001) houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van ioniserende stralingen.
VrijgaveOnttrekking aan iedere latere reglementaire radiologische controle, door de bevoegde overheid (
Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle), van stoffen, materialen, installaties of sites omdat het risico voldoende klein geworden is. Het concept van de vrijgave houdt impliciet in dat, wanneer stoffen, materialen, installaties of sites worden vrijgegeven, zij niet meer onderworpen zijn aan beperkingen of latere radiologische controles. Bijgevolg kan vrijgegeven radioactief afval als gewone residu`s of effluenten worden behandeld, en mogen voor hergebruik of recyclage vrijgegeven stoffen, materialen, installaties of sites verkocht worden aan iedere persoon, onderneming of vereniging, die ze vrij kan gebruiken voor welke doeleinden ook.