Amnestie International - Encyclopedie van de mensenrechten
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Mens en samenleving > Mensenrechten
Datum & Land: 15/02/2007, NL offline
Woorden: 852
vrouwen, internationaal recht
Al in 1949 aanvaardden de VN een `Verdrag voor de onderdrukking van handel in personen en de uitbuiting van de prostitutie van anderen`. Het `Verdrag voor de uitbanning van alle vormen van discriminatie tegen vrouwen` werd door de VN aanvaard in 1979 en trad twee jaar later in werking. Zo`n honderd staten zijn nu partij bij het verdrag. Het verdrag spreekt zich uit tegen alle vormen van discriminatie in fundamentele rechten, wetgeving en overheidsdienst. Het verdrag laat positieve actie toe tot de gelijkheid is bereikt. Maatregelen tot bescherming van het moederschap en zwangerschap gelden niet als discriminatie. Het verdrag schrijft voor dat maatregelen moeten worden getroffen tegen de uitbuiting van prostitutie en de handel in vrouwen. Volgens het verdrag moet de lidstaat de bepalingen in de eigen wetgeving overnemen en elke vier jaar rapport uitbrengen aan een speciaal VN-comité voor de uitbanning van discriminatie van vrouwen. Dat comité bestaat uit 23 onafhankelijke deskundigen. De ECOSOC heeft sinds 1946 een Commissie voor de Status van Vrouwen. In de eerste periode lag het accent van de commissie vooral op normstelling; hieruit resulteerde o.m. het Verdrag inzake de politieke rechten van vrouwen (1953). Daarna ging de aandacht meer uit naar programma`s. De commissie deed de voorbereidingen van het `VN-decennium van de vrouw` (1975-1984) en van de VN-conferenties over de rechten van de vrouw in Mexico (1975), Kopenhagen (1980), Nairobi (1985) en Beijing (1995). Op de conferentie in Nairobi werden de Forward Looking Strategies aanvaard.
vrouwen en vrouwenrechten
In oude beschavingen als Babylonië en Egypte genoten vrouwen onafhankelijkheid en een betrekkelijk hoge status. Ze namen deel aan het openbare leven en hadden recht op bezit. In Sparta waren vrouwen gelijk aan mannen, maar in Athene hadden zij weinig rechten en werden ze meestal behandeld als huishoudsters. In Rome waren zij geheel ondergeschikt aan mannen, met name vaders, broers en echtgenoten. Het christendom sloot vrouwen geheel uit van het openbare leven. In de Renaissance en Verlichting was er een teruggang in de positie van de vrouw. In 1789, het jaar van de Franse Revolutie, schreef Olympe de Gouges een Verklaring van de rechten van de vrouw. Deze beïnvloedde Mary Wollstonecraft (1759-1797) in boek Rechtvaardiging van de rechten van vrouwen (1792). In de 19e eeuw waren arbeidersvrouwen over het algemeen veroordeeld tot het laagste werk, terwijl vrouwen uit hogere klassen waren veroordeeld tot ledigheid of strikt omschreven sociale activiteiten. Later, zoals in De tweede sekse (1953) van Simone de Beauvoir, kwam de persoonlijke en politieke situatie van vrouwen in het middelpunt te staan. Nu is in m.n. in de derde wereld de positie van vrouwen veel slechter dan die van mannen. Vrouwen verrichten daar de meeste arbeid en hebben tevens de zorg voor kinderen. Een belangrijke erkenning was de eerste VN-conferentie over vrouwen in 1975, het internationale jaar van de vrouw. In het Westen ijvert de vrouwenbeweging nu vooral tegen achterstelling van de vrouw in maatschappelijke posities en in de door mannen gedomineerde beeldvorming als die van reclame.
vroegtijdige waarschuwingen
early warnings
vrijlating
Iemand die zijn straf heeft uitgezeten of die niet wordt veroordeeld, heeft recht op vrijlating uit detentie. Het VN-verdrag (BuPo) stelt dat de vrijlating voorwaardelijk kan worden gemaakt, bijv. om te garanderen dat iemand later zal verschijnen voor zijn berechting. Het Europees verdrag bepaalt dat opgelegde arbeid gedurende voorwaardelijke vrijlating niet als dwangarbeid mag worden beschouwd. Voorwaardelijke vrijlating houdt soms een blijvende beperking van iemands mogelijkheden in. In Indonesië bijv. hebben tienduizenden voormalige politieke gevangenen (tapols) een stempel in hun paspoort waardoor hun recht op werk, woning e.d. sterk wordt ingeperkt.
vrijheid
Vrijheid is een centraal begrip in de mensenrechten, waar het in een groot aantal betekenissen en verbindingen wordt gebruikt. Er is zowel vrijheid tot als vrijheid (of vrijwaring) van. Er is persoonlijke, intellectuele, politieke en academische vrijheid. Tot de vrijheidsrechten behoren die op vrijheid van geweten, godsdienst, meningsuiting, vereniging en drukpers. Men is vrij in de keuze van geloof, opvoeding (ouderlijke macht), werk, partner voor een huwelijk enz. Sommige delen van de wereld zijn `vrij`, d.w.z. behoren niet tot het territorium van een staat, zoals de open zee. Door Immanuel Kant (1724-1804, ethiek, Verlichting) werden in het begrip `vrijheid` natuurlijke of handelsvrijheid en autonomie onderscheiden. De eerste, ook wel negatieve vrijheid genoemd, houdt in dat wij vrij zijn te handelen zoals wij willen. De vrijheid mag slechts aan banden worden gelegd in zoverre dat noodzakelijk is om anderen optimale vrijheid te garanderen. De tweede, positieve vrijheid, houdt in dat wat men wil ook werkelijk in vrijheid en zelfstandigheid kan worden gewild. Veel auteurs menen dat het begrip vrijheid centraal staat in de mensenrechten, dus dat de mensenrechten als belangrijkste doel hebben de twee soorten vrijheid in zo groot mogelijke mate te garanderen. De negatieve vrijheid wordt vooral door de fundamentele mensenrechten gegarandeerd (bijv. vrijwaring van marteling), de positieve vrijheid door de garantie van sociaal-economische en culturele mensenrechten (bijv. vrije keuze van beroep).
vrije tijd
Het recht op rust en vrije tijd, inclusief betaalde vakantie, is vastgelegd in de Universele verklaring en het VN-verdrag (EcSoCu). In de praktijk is dit recht alleen in westerse landen algemeen gegarandeerd.
vreemdelingenwet (2000)
De Nederlandse Vreemdelingenwet, die op 1 april 2001 van kracht werd, bevat bepalingen over onder meer de asielprocedure, het gedoogbeleid, inburgering en de vluchtelingenstatus.
vreemdelingen
(Eng: alien) Een persoon die geen wettig ingezetene is van de staat waar hij verblijft. In de oudheid werden vreemdelingen vaak beschouwd als criminelen, maar in het Romeinse recht verschafte het ius gentium (recht der volken) basis aan het principe dat ook vreemdelingen rechten hadden. Sinds de late middeleeuwen hebben staten meestal een bepaalde diplomatieke bescherming van vreemdelingen erkend. De toelating van vreemdelingen is overwegend een zaak van nationaal vreemdelingenrecht, anders dan de opvang van vluchtelingen, waaraan eisen worden gesteld in het internationaal Vluchtelingenverdrag. Internationale verdragen bepalen dat vreemdelingen niet massaal mogen worden uitgezet. Een vreemdeling mag in de regel niet worden verplicht dienst te nemen in het leger. Volgens het Europees verdrag mogen vreemdelingen beperkingen worden opgelegd inzake hun politieke activiteiten. Het toezicht op vreemdelingen berust in Nederland bij de Vreemdelingendienst; de toelating wordt beoordeeld door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Voor vreemdelingen bestaat in Nederland en België, zoals in de meeste landen, een identificatieplicht. Zie ook asiel; migranten; naturalisering; repatriëring; uitlevering; uitzetting; verblijfsvergunning
vredesmachten
(Eng: peacekeeping forces) Troepen van buiten die krachtens een verdrag worden ingezet om de vrede te handhaven. De bekendste internationale vredesmachten zijn de `blauwhelmen` of `blauwe baretten` van de VN, die kunnen worden uitgezonden door de Veiligheidsraad. De VN heeft waarnemersgroepen en monitors gestuurd naar o.m. Palestina, Libanon, India en Midden-Amerika. Vredesmachten werden o.m. ingezet in Egypte-Israël (1956-1957 en 1973), Kongo (1960-1964), Nieuw-Guinea (1962-1963), Cyprus (1974-), Israël-Syrië (1974), Libanon (1978), Namibië (1989). Vanaf de jaren negentig groeide het aantal vredesmachten sterk, o.m. in Irak, voormalig Joegoslavië, Somalië, Mozambique, Cambodja, Ethiopië-Eritrea Democratische Republiek Congo, India-Pakistan, Westelijke Sahara, Kosovo, Sierra Leone en Libanon. Voorbeeld van een niet-VN vredesmacht die voortkwam uit een overeenkomst tussen twee staten was de Indiase vredesmacht die in 1987-1990 opereerde in het noorden van Sri Lanka, in een poging het geweld van en tegen Tamils tegen te gaan. In Liberia werd in 1990-1991 ingegrepen door een vredesmacht van de Organisatie van West-Afrikaanse Staten. Het inzetten van vredesmachten geldt als een vorm van humanitaire interventie.
vrede
Een van de collectieve rechten. In internationaal recht, de normale situatie van de verhoudingen tussen staten, gekenmerkt door afwezigheid van openlijke vijandigheden. De Duitse filosoof Immanuel Kant (1724-1804) stelde als vereiste voor vrede in Europa dat alle staten republieken zouden zijn en zich in een federatie van vrije staten aaneen zouden sluiten. De Haagse vredesconferenties van 1899 en 1907 legden een verdrag voor de vreedzame regeling van internationale geschillen vast, gepaard met een Permanent Hof van Arbitrage. Later werd het handhaven van de vrede de belangrijkste taak van Volkenbond en VN. Sinds de Tweede Wereldoorlog is volgens de principes van Neurenberg het veroorzaken van oorlog een `misdrijf tegen de vrede`, maar de betekenis van dat misdrijf is op de achtergrond geraakt door de formulering van de misdaad van agressie. Tot de activisten die zich speciaal voor vrede en tegen oorlog en oorlogsgeweld hebben ingezet behoren Kofi Annan (VN), Hanan Ashrawi (Palestina), Tobias Asser (Nederland), Andrej Babitski (Tsjetsjenië), Ingrid Betancourt (Colombia), Jimmy Carter (VS), René Cassin (Frankrijk), Noam Chomsky (VS), de Dalai Lama (Tibet), Mahatma Gandi (India), André Glucksman (Frankrijk), Michail Gorbatsjov (Rusland), Lida Joesoepova (Tsjetsjenië)., Natasa Kandic (Joegoslavië), Kim Dae Jung (Zuid-Korea), Bernard Kouchner (Frankrijk), Raphael Lemkin (Polen), Chiara Lubich (Italië), Séan MacBride (Ierland), Nelson Mandela (Zuid-Afrika), Martin Niemöller (Duitsland), David Owen (Verenigd Koninkrijk), Olaf Palme (Zweden), Johan Galtung (Noorwegen), Mary Robinson (Ierland), Bert Röling (Nederland), Franklin en Eleanor Roosevelt (VS), Bertrand Russell (Engeland), Andrej Sacharov (Rusland), Eyad El-Sarraj (Palestina), Jean-Paul Sartre (Frankrijk), Albert Schweitzer (Duitsland), Dorothee Sölle (Duitsland), Max van der Stoel (Nederland), Desmond Tutu (Zuid-Afrika), Elie Wiesel (VS), Jody Williams (VS).
vuurwapens
wetshandhavers; wapens
water, recht op
Volgens de WHO lijdt wellicht de helft van de bevolking in ontwikkelingslanden aan ziekten die verband houden met gebreken in de voorziening van schoon water. Aan die ziekten streven elk jaar zeven miljoen mensen. Tweederde van het aardoppervlak bestaat uit water, maar slechts 1% daarvan is drinkwater. Toch is dat ruim voldoende voor de waterbehoeften, inclusief die voor koken en sanitaire voorzieningen, van alle mensen op aarde. De internationale gemeenschap heeft vooral sinds 2002 het recht op water erkend als een mensenrecht. De schendingen van dat recht neemt vele vormen aan: industriële vervuiling van waterbronnen, het onvermogen om aan arme stadsbewoners zuiver drinkwater te leveren, een prijs die water ontoegankelijk maakt voor de armen, een monopolie op waterbronnen door commerciële ondernemingen en het beperken van watertoevoer als oorlogsstrategie of als middel om een oplossing in politieke conflicten af te dwingen.
wapenstilstand
Een wapenstilstand (Eng: armistice, truce) of bestand (Eng: cease-fire) verschilt van een capitulatie of vredesverdrag in die zin dat de oorlog formeel voortduurt. Een wapenstilstand kan voor een bepaalde periode of een bepaald gebied gelden. De vijandelijkheden worden gestaakt, maar bijv. het recht op het aanhouden en doorzoeken van vijandelijke schepen op zee blijft bestaan. Elk moment kan een partij het einde van de wapenstilstand aankondigen en de vijandelijkheden hervatten. De Eerste Wereldoorlog eindigde met een wapenstilstand, op 11 november 1918 getekend door de Duitsers en de geallieerden.
wapens, nucleaire
Eind jaren tachtig, van de START-onderhandelingen over beperking van nucleaire wapens tussen de VS en de Sovjet-Unie beschikten beide staten over elk meer dan 11.000 atoomkoppen. In juni 1990 kwamen zij overeen de arsenalen met 50% terug te brengen. Ondanks het Ruimteverdrag van 1967 werkten de Amerikanen echter door aan een defensief systeem van nucleaire en andere wapens in de ruimte, het SDI of Star Wars project. Tussen 1945 en 1989 hebben voor zover bekend 1.818 kernproeven plaatsgevonden in zes landen, waarvan meer dan de helft in de VS. Later vonden atoomproeven o.m. plaats in India en Pakistan, hetgeen tot felle protesten van de internationale gemeenschap leidde. Het Internationaal Atoom Energie Agentschap voert wereldwijde controle uit. Het non-proliferatieverdrag (1968) verbiedt overdrachten van kennis en materieel aan niet-nucleaire landen. Eind 2001 zegde de VS het ABM-verdrag op – het was in 1972 getekend om de productie van `defensieve` raketten (waaronder met atoomkoppen) aan banden te leggen.
wapens, kleine
`Kleine wapens` is een benaming voor (automatische) geweren, pistolen, landmijnen, kleine clusterbommen, antipersoonsmijnen en andere wapens die door een enkele persoon zonder specifieke kennis kunnen worden gebruikt. Ze zijn wijd verspreid geraakt vooral na het einde van de Koude Oorlog, toen legers van grote landen ze gingen verkopen aan o.m. verzetsbewegingen. Volgens rapporten van Amnesty International wordt het overgrote deel van de buitengerechtelijke executies in de wereld heden ten dage gepleegd met kleine wapens. Er worden elk jaar zo`n 500.000 mensen gedood door kleine wapens, vooral in burgeroorlogen en plaatselijke conflicten. De kalasjnikov, een semi-automatisch wapen dat in 1974 werd ontwikkeld in de Sovjet-Unie, is nu het meest gebruikte wapen ter wereld. Verbreiding en overdrachten van kleine wapens moet vooral worden tegengegaan door internationale wetgeving (zoals het Wapenverdrag uit 1981 en het Verdrag van Ottawa uit 1997) en afspraken over overdrachten en productie. Amnesty International en andere organisaties pleiten voor een internationaal Wapenhandelsverdrag om de verbreiding van vooral kleine wapens aan banden te leggen (klik hier voor meer informatie) Zie ook niet-onderscheidende wapens
wapens, chemische en biologische
Deze behoren met de nucleaire wapens tot de `massavernietigingswapens`. Chemische wapens werden verboden in de Haagse verdragen van 1899 en 1907, maar werden toch gebruikt in de Eerste Wereldoorlog (mosterdgas). Daar veroorzaakten zij 1,4% van het totaal aantal doden. Het Geneefse verdrag van 1925 verbiedt het gebruik van biologische en chemische wapens. Chemische wapens, waaronder ontbladeringsmiddelen, werden daarna gebruikt door Italië in Ethiopië (1936), de Britten in Malaya (1948-1960), Egypte tegen Jemen (1963-1967), de VS in de Vietnam-oorlog, in de oorlog tussen Irak en Iran in de jaren tachtig. Bij een gifaanval op Koerdische dorpen in Irak in 1988 kwamen ten minste 5.000 mensen om het leven. In 1972 kwam het internationaal Verdrag tegen biologische en toxische wapens tot stand. In 1990 kwamen de VS en de Sovjet-Unie overeen hun voorraden chemische wapens met 80% te verminderen. Biologische wapens werden eerder door de VS op grote schaal vernietigd. Volgens gegevens uit 2003 zouden o.m. Iran, Libië, Noord-Korea , Rusland en Syrië beschikken over biologische en chemische aanvalswapens. Zo`n vijftien andere staten hebben die wapens waarschijnlijk. Door het internationaal terrorisme is de dreiging met biologische wapens, waaronder sarin (een zenuwgas) en antrax (dat de ziekte miltvuur verspreidt), in o.m. Japan en de VS werkelijkheid geworden. De VS sprak zich in 2001 opnieuw uit tegen een facultatief protocol dat onafhankelijk toezicht op de productie van biologische wapens moest garanderen.
wapenhandel
In de internationale productie en handel van wapens ging in 2004 wereldwijd meer 286 miljard dollar om. De grootste exporteurs waren in 2001-2005 Rusland (31%), VS (30%) en Frankrijk (9%), verder Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, China en Italië. Nederland stond in 2006 tiende, volgen sommige lijsten (onderling verschillen die lijsten nogal). Vooral in de grote landen vertonen wapenexporten een gestage groei. Grootste importeurs waren de Verenigde Arabische Emiraten, India, Zuid-Korea, Japan, China, Pakistan en Saudi-Arabië. Voor de wapenhandel zijn verschillende motieven: versterking van bondgenoten, politieke invloed en financieel profijt. Pogingen om de wapenhandel aan banden te leggen, zoals door een internationaal register van die handel, zijn tot dusver weinig succesvol. In de Wapenexportnota van de Nederlandse regering uit 1983 wordt gesteld dat wapenhandel moet worden beperkt door geen wapens te leveren aan spanningsgebieden en aan landen waar gevaar van gebruik van wapenmaterieel tegen de eigen bevolking bestaat. De motie-Mateman uit hetzelfde jaar bepaalde dat geen wapens mogen worden geleverd aan landen waar de mensenrechten stelselmatig worden geschonden en waar die leveranties aan schendingen zouden bijdragen. In 2005 is de `Gedragscode inzake de wapenexport` van de Europese Unie herzien. De meeste EU-staten willen de code nu juridisch bindend maken. De nieuwe code is beter, maar schiet nog tekort. Er zijn lacunes ten aanzien van onder meer de doorvoer van wapens, de handel in onderdelen en de wapenproductie via buitenlandse ondernemingen.
wang dan (1969)
Chinese leider van de studentenprotesten van 1989. Hij zat van 1989-1993 gevangen. In 1998 werd hij uitgewezen naar de VS. Daar is hij nu een prominent lid van de beweging van ballingen die ijvert voor democratisering in China. Zijn werk werd geëerd met o.m. de Reebok Mensenrechtenprijs voor jonge mensenrechtenverdedigers.
walesa, lech (1943)
Pools vakbondsleider. In 1970 was hij een van de leiders van stakingen in de Lenin-werf te Gdansk, die leidden tot onderhandelingen met de regering. Hij was de leider van stakingen die in 1980 uitbraken in Gdansk en zich uitbreidden naar andere steden. Hij onderhandelde namens de door hem opgerichte vakbeweging Solidariteit met de regering. Door de noodtoestand kwam dat proces ten einde. Walesa zat elf maanden gevangen. In 1989 leidde een nieuwe stakingsronde tot een rondetafelconferentie, waaruit grotendeels vrije verkiezingen resulteerden. In 1990 werd Walesa gekozen tot president. Later is zijn politieke aanhang binnen Polen sterk geslonken, maar zijn internationale betekenis als activist voor de vrije vakbeweging gebleven.
waarnemers
monitors
waarheidscommissies
Verzamelnaam voor van overheidswege of door het parlement ingestelde commissies die, vooral in een periode van transitie, onderzoek doen naar schendingen van mensenrechten uit het verleden en daarover een publiek rapport uitbrengen. De eerste grote waarheidscommissie was die in Argentinië, die in 1984 constateerde dat zeker negenduizend mensen waren `verdwenen`. In Chili documenteerde de Nationale Commissie voor Waarheid en Verzoening in 1991 ruim 2.000 gevallen van politieke moord en `verdwijning`. De Zuid-Afrikaanse waarheidscommissie hoorde sinds 1995 meer dan twintigduizend slachtoffers van het apartheidsbewind. Belangrijke waarheidscommissies waren er ook in El Salvador, Duitsland en Guatemala. In 2003 meldde de waarheidscommissie in Peru dat tussen 1980 en 2000 ten minste 69.000 mensen zijn gedood of `verdwenen`. Er kwamen ook waarheidscommissies in o.m. Sierra Leone en Timor. Lang niet alle waarheidscommissies zijn een succes geweest. Soms werden ze halverwege afgebroken. Dat gebeurde bijvoorbeeld in de Filippijnen en Ecuador. Soms publiceerden ze nooit een eindverslag, of het rapport werd niet openbaar gemaakt. In Haïti was de commissie al in 1996 klaar met haar werk, maar het duurde jaren voordat het rapport uitkwam. Soms sleepte het onderzoek zich eindeloos voort, zonder uitzicht op resultaat. In Suriname is jarenlang gesproken over een waarheidscommissie en is zelfs een officiële onderzoeker aangesteld, maar gepubliceerd is er niets. Andere waarheidscommissies kwamen met resultaten die zo onbevredigend waren dat de verdenking rees dat ze alleen voor de vorm waren ingesteld.
waardigheid
menselijke waardigheid; universele waarden
wetshandhavers
Wetshandhavers (Eng: law enforcement officers) zijn o.m. politie, gevangenbewaarders en anderen die in opdracht van de overheid controle op naleving van de wet uitvoeren. In een noodtoestand of oorlog kunnen ook militairen als wetshandhavers optreden. Volgens de VN-gedragscode voor wetshandhavers (1979) moeten wetshandhavers zich te allen tijde onthouden van onrechtmatige handelingen, ook als hun daartoe opdracht wordt gegeven. Geweld en vuurwapens mogen slechts worden gebruikt in zoverre dat strikt noodzakelijk is. In de `Grondbeginselen betreffende het gebruik van geweld en vuurwapens door wetshandhavers`, aanvaard door het VN-congres ter voorkoming van misdaad in 1990, staat dat wetshandhavers slechts gebruik mogen maken van vuurwapens als er geen andere middelen meer zijn, en dat elk geval van letsel of dood door het gebruik van geweld onmiddellijk aan superieuren gemeld moet worden.
wetenschap
Het recht te delen in de vooruitgang en voortbrengselen van de wetenschap is vastgelegd in de Universele verklaring. Internationale verdragen noemen verder de rechten op bescherming van wetenschappelijke ontdekkingen (auteursrecht), op de vrijheid die noodzakelijk is voor wetenschappelijk onderzoek, en op vrijelijk gegeven toestemming tot wetenschappelijke experimenten. Misbruik van wetenschap voor politieke doeleinden vindt o.m. plaats in de psychiatrie.
wet openbaarheid van bestuur (wob)
Nederlandse wet, sinds 1980 van kracht, die regels geeft voor de invulling van het grondwetsartikel dat de overheid bij de uitvoering van haar taak openbaarheid betracht. In de Wob is openbaarheid de regel, geheimhouding de uitzondering. Zo zijn sinds invoering van de Wob bijv. wetgevingsadviezen van de Raad van State openbaar. Burgers kunnen voor openbaarmaking van informatie eventueel een beroep op de rechter doen. De Wob is vergelijkbaar met de Freedom of Information Act (informatie) die in de VS en Canada bestaat. In België kwam er een dergelijke wet in 1997. Zie ook privacy
wet internationale misdrijven
Nederlandse wet (1 oktober 2003) die genocide, misdrijven tegen de menselijkheid, oorlogsmisdrijven en marteling strafbaar stelt. De maximumstraf is levenslang. Ook daden gepleegd door niet-Nederlanders kunnen worden vervolgd, mits de verdachte zich in Nederland bevindt. De wet handhaaft de immuniteit van staatshoofden, diplomaten e.d. De aanvaarding van de wet hing samen met de oprichting van het Internationaal Strafhof.
werk
De Universele verklaring noemt het recht op werk, vrije keuze van arbeid, rechtvaardige en gunstige werkomstandigheden, bescherming tegen werkloosheid, gelijke betaling voor gelijke arbeid, rechtvaardige beloning, en zonodig aanvullende bescherming en voorzieningen. Deze rechten zijn ook opgenomen in het VN-verdrag (EcSoCu). Meer dan 180 verdragen over werk, arbeidsomstandigheden, voorzieningen e.d. zijn afgesloten in het kader van de ILO. In 2003 waren wereldwijd 188 miljoen mensen officieel werkloos, 6% van de arbeidsbevolking. Het feitelijk aantal ligt veel en veel hoger: er is aanzienlijke verborgen werkloosheid, zoals in staatsbedrijven (China), ambtenarij (Afrika) en de landbouw. Ook wordt in veel landen het werk van vrouwen (in de landbouw, het huishouden, de huisindustrie) niet officieel als werk geregistreerd.
wereldoorlog, tweede
Deze oorlog (in het Westen gevoerd tussen 1939-1945) wordt gezien als een keerpunt in de ontwikkeling van de mensenrechten, om verschillende redenen, o.m.: 1) Grootschalig geweld jegens burgers, zoals door executies, gijzeling, bombardementen en represaillemaatregelen, toonde de noodzaak aan burgers betere bescherming in oorlogstijd te bieden. Dit leidde tot de Geneefse verdragen van 1949. 2) De holocaust toonde aan dat `beschaafde` volken in staat zijn tot gruwelijke misdaden jegens zelfs hun eigen bevolking, en dat daarom waarborgen moesten worden vastgelegd ter bescherming van minderheden tegenover hun eigen regering. Dit gaf aanleiding tot de internationaal-rechtelijke normstelling binnen de VN. 3) De atoombommen op Japan in augustus 1945 lieten de kracht van deze wapens zien en toonden aan dat de wapenwedloop door internationale afspraken beheerst moest worden. 4) De processen van Neurenberg en Tokio gaven voor het eerst vorm aan internationaal strafrecht gesproken door internationale rechters. Daarbij bleven overigens de oorlogsmisdrijven van de geallieerden en de massamoorden van het stalinisme in de Sovjet-Unie onbesproken. 5) De enorme naoorlogse vluchtelingenstromen leidden in 1951 tot het eerste algemene Vluchtelingenverdrag. Zie ook fascisme
wereldoorlog, eerste (1914-1918)
Deze Europese oorlog, waaraan vanaf 1917 ook de VS deelnamen, betekende het einde van een tijdperk van absolutisme en van vast vertrouwen in de menselijke rede en vooruitgang. De oorlog kostte rond 8,5 miljoen mensen het leven. Gifgassen werden op grote schaal gebruikt met name aan het Duits-Franse front. Enkele gevolgen van deze oorlog voor de ontwikkeling van mensenrechten waren: 1) Democratische beginselen wonnen in veel landen aan kracht, doordat autoritaire regimes waren ingestort. Dit uitte zich o.m. door opkomst van de sociaal-democraten. 2) Een 14 puntenprogramma van de Amerikaanse president Woodrow Wilson (1856-1924) bevatte een voorstel voor internationale erkenning van het zelfbeschikkingsrecht der naties erkend. 3) De verschrikkingen van de oorlog leidden tot het ontstaan van de Volkenbond, de eerste grote intergouvernementele organisatie, die o.m. de hulp aan vluchtelingen ging coördineren. 4) Ze gaven ook een impuls tot formulering van humanitair oorlogsrecht, zoals de uitbanning van chemische wapens (1925), en het internationaal recht van mensenrechten, zoals in het Verdrag tegen slavernij (1926).
wereldhandel
zie globalisering
wereldbank
Een internationale instelling samen met het IMF gecreëerd in 1944 en verbonden aan de VN, die beoogt door middel van leningen de ontwikkeling van landen te bevorderen. Alle ontwikkelingslanden samen hebben minder dan 40% van de stemmen in de Wereldbank, de rijke industrielanden meer dan 40%. Anders dan bij het IMF is een groot deel van de hulp bestemd voor specifieke projecten. In een rapport van 1991 drong de Wereldbank aan op `goed bestuur`, verwijzend naar de noodzaak van vrijheid van vereniging en meningsuiting, de rechtsstaat en de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht. Een rapport uit 2001 meldt projecten voor mensenrechten van de Wereldbank o.m. in verband met stedelijke ontwikkeling, aids en inheemse volken.
wei jingsheng (1950)
Chinese onafhankelijke journalist en activist voor mensenrechten. In 1979 publiceerde hij een `muurkrant` met een oproep voor de `vijfde modernisering`, die van de democratie. Hij zat van 1979-93 en van 1994-97 gevangen, daarna kon hij `op medische gronden` naar de VS gaan. Hij kreeg de Sacharovprijs van het Europees Parlement en is diverse keren genomineerd voor de Nobelprijs voor de Vrede.
weens verdragenverdrag
Verdrag uit 1961 over de waarborgen bij het aangaan van internationale verdragen. In dit verdrag wordt o.m. voorgeschreven dat partijen voor bepaalde conflicten zich wenden hetzij tot het Internationale Hof van Justitie, hetzij tot een procedure van verzoening.
wetten
Wetten omvatten niet alleen geschreven regels, ook ongeschreven recht kan er deel van uitmaken. Dit geldt m.n. voor rechtsstelsels met common law, zoals het Britse, waarin veel rechtsregels niet zijn vastgelegd in wetten maar bijv. uit jurisprudentie voortvloeien. Internationaal recht wordt in het Nederlands spraakgebruik niet als wetten beschouwd, maar vele bepalingen ervan zijn in nationale wetgeving opgenomen of hebben daar kracht van wet door rechtstreekse werking. Het vastleggen van regels en gebruiken in wetten heet codificatie. Zie ook internationaal recht
who
Instelling van de VN, opgericht in 1948 en gevestigd in Genève. Tot haar taken behoren: het opstellen van normen inzake hygiëne, quarantaine, onderzoek enz.; verrichten van onderzoek naar ziekten en epidemieën; ondersteuning van nationale gezondheidsacties; hulp aan regeringen bij het beheer van gezondheidszorg; cursussen aan medisch personeel. Als een van de successen van de WHO wordt gezien de uitroeiing van pokken, rond 1980. De WHO geeft ook adviezen inzake medisch-ethische kwesties. Zo vroegen Nederlandse vluchtelingenartsen advies inzake verzoeken van Somalische vrouwen die zich na een verkrachting opnieuw hun schaamlippen wilden laten dichtnaaien (vrouwenbesnijdenis) omdat zij anders uit de eigen gemeenschap zouden worden gestoten. Zie ook gezondheidsrechten; levensstandaard; medici
williams, jody (1950)
Amerikaanse activiste tegen landmijnen. Ze werkte voor mensenrechten in o.m. El Salvador en Nicaragua. Ze gaf de aanzet tot het Verdrag van Ottawa, dat in 1997 werd aanvaard. Dat jaar kreeg ze de Nobelprijs voor de Vrede, samen met de organisaties van de Internationale Campagne voor het Uitbannen van Landmijnen.
wiesenthal, simon (1908)
Stichter van het Joods Documentatie Centrum in Wenen, vanwaar getracht wordt nazi-oorlogsmisdadigers op te sporen en voor het gerecht te brengen. Hij werd in 1941 opgepakt en bracht de oorlogsjaren door als dwangarbeider en in concentratiekampen, waar 89 van zijn familieleden werden vermoord. Een van zijn grootste successen was het opsporen van de oorlogsmisdadiger Adolf Eichmann in Argentinië, die door Israël werd ontvoerd en daar in 1961 ter dood werd veroordeeld. Wiesenthal heeft altijd betoogd dat hij niet uit is op algemene wraak, maar slechts op bestraffing van enkele kopstukken van het nazisme die direct voor de holocaust verantwoordelijk waren.
wiesel, elie (1928)
Roemeens-Amerikaans joods schrijver en activist, die in 1986 de Nobelprijs voor de Vrede kreeg. In 1944 werd hij gedeporteerd naar Auschwitz, waar vele van zijn familieleden werden vermoord. Na de oorlog vestigde hij zich in de VS, waar hij boeken schreef over de holocaust (naar eigen zeggen heeft hij dat woord als eerste voor de jodenvervolging gebruikt). Later werd hij ook pleitbezorger van de slachtoffers van andere volkenmoorden, zoals die op de Armeniërs ten tijde van de Eerste Wereldoorlog. Zie ook genocide
woods, kofi (1964)
Liberiaanse activist voor mensenrechten en bemiddelaar bij gewelddadige conflicten. Sinds 1991 heeft hij leiding gegeven aan de christelijke Commissie voor Gerechtigheid en Vrede, een organisatie voor verzoening. Hij organiseerde een netwerk van monitors door het hele land om schendingen van mensenrechten te documenteren. Ook verzorgde hij gratis rechtshulp voor burgers en gevangenen. Zijn werk werd geëerd met o.m. de Reebok Mensenrechtenprijs voor jonge mensenrechtenverdedigers.
wrede behandeling
De categorie van `wrede, onmenselijke of vernederende behandeling` wordt meestal in één adem wordt genoemd met marteling en alle vormen van mishandeling. Wrede behandeling wordt niet direct met marteling gelijk gesteld, maar valt wel onder de termen van het VN-verdrag tegen marteling. Voorbeelden van wrede behandeling zijn lijfstraffen, bestraffende vormen van afzondering isolatie zoals isolatiefolter, seksueel geweld, lastigvallen, bedreigingen, en alle vormen van ernstige vernedering door bewakers. Verkrachting in oorlogstijd en tijdens detentie is in recente jaren erkend als een vorm van marteling (dus als meer dan wrede behandeling).
wu, harry (1937)
Chinese mensenrechtenverdediger. Hij bracht negentien jaar door in een werkkamp. Hij werd vrijgelaten in 1979 en ging in 1985 naar de VS. Van daaruit documenteerde hij het systeem van administratieve detentie in China, o.m. door geheime bezoeken aan het land. Hij werd in 1995 twee maanden lang in China vastgehouden. Hij is geëerd met o.m. de Nederlandse Geuzenpenning (1996). Zie ook dwangarbeid
xenofobie
(Van Grieks: xenos, vreemdeling). Ongegronde en onberedeneerde angst voor `vreemdelingen`, met name in de vorm van racisme en rassendiscriminatie. Een belangrijke uiting van xenofobie is hate speech.
yunus, muhamed (1940)
Econoom uit Bangladesh, grondlegger van het stelsel van microkredieten. Hij kreeg in 2006 de Nobelprijs voor de Vrede, samen met de Grameen Bank die hij had opgericht in 1976. Het voorbeeld van deze bank is in tientallen landen nagevolgd. Yunus: `We richten instituten op die een weerspiegeling zijn van onze vooronderstellingen. Steeds hebben mensen gedacht dat het geen zin had om geld te lenen aan de armen omdat ze dat nooit zouden kunnen terugbetalen. In de praktijk betaalt meer dan 95% van de leners haar schuld bij onze bank af - bijna altijd wordt het geld geleend aan vrouwen. Ik ben ervan overtuigd dat we een wereld zonder armoede kunnen scheppen, als we maar willen.`
zana, leyla (1961)
Koerdische activiste die in 1991 in het parlement van Turkije werd gekozen. In 1994 werd ze wegens `misbruik van de vrijheid van meningsuiting` tot vijftien jaar gevangenisstraf veroordeeld. Ze kreeg in 1995 de Sacharovprijs van het Europees Parlement. Ze kwam vrij in 2004.
zalaquett, josé (1942)
Chileense jurist, voormalig internationaal voorzitter van Amnesty International. In de jaren zeventig werd hij gevangen gezet. Eind jaren tachtig ontwierp hij een model van verzoening, dat werd toegepast in de Chileense Nationale Commissie voor Waarheid en Verzoening, die een voorbeeld werd voor latere waarheidscommissies. De Chileense commissie wijdde zich aan waarheid (openbaarmaking van gegevens over slachtoffers en van de verantwoordelijkheden van overheidsdiensten) en herstel (maatregelen als compensatie voor familieleden van slachtoffers, openbaar eerherstel enz.). Zalaquett kreeg mensenrechtenonderscheidingen van o.m. Unesco en werd in 2001 gekozen als lid, later voorzitter, van de Inter-Amerikaanse Commissie voor Mensenrechten (Amerikaans Verdrag).
zelfstandigheid
Soms gebruikt als alternatieve term voor zelfbeschikking of autonomie. Meestal echter duidt de term op de zelfstandigheid van het individu, tot uiting komend in vrijheid van keuze. zie ook vrijheid
zelfmoordaanslagen
Zelfmoordaanslagen zijn een uiterste vorm van terrorisme. Ze zijn als vorm van terreur ook zeer efficiënt, omdat men zich er nagenoeg niet tegen kan beveiligen. Ze werden in het verleden o.m. gepleegd door joden in het door Rome bezette Judea en door moslims ten tijde van de middeleeuwse kruistochten. Veruit de meeste aandacht kregen in recente tijd de zelfmoordaanslagen van Palestijnse terroristen in Israël, maar dergelijke aanslagen zijn ook gepleegd door o.m. Tsjetsjenen in Rusland en, op grote schaal, door Tamil-strijders in Sri Lanka.Over de factoren die iemand ertoe brengen een zelfmoordaanslag te plegen is nog te weinig bekend. Factoren die onderzoekers noemen zijn o.m.: persoonlijkheidskenmerken (een zwak ikbesef, krankzinnigheid, ziekelijke afhankelijkheid van de waardering van anderen, ziekelijke zucht naar roem); sociaal-economische factoren (de familie van zelfmoordenaars wordt vaak beloond met een aanzienlijk bedrag); groepsdwang (de politieke ambities van de groep eisen totale opofferingsgezindheid); en krachtige technieken van indoctrinatie (`hersenspoeling`). Armoede en gebrek aan opleiding zijn geen indicatie: veel zelfmoordenaar komen uit relatief welvarende en hoger opgeleide kringen. Degenen die zelfmoordenaars rekruteren en van de nodige middelen voorzien kunnen worden vervolgd wegens misdrijven tegen de menselijkheid en oorlogsmisdrijven; de Geneefse verdragen veroordelen uitdrukkelijk het gebruik van elke vorm van terreur in een gewapend conflict.
zelfbeschikking
Het recht op eigen keuzen en zelfstandigheid, zowel voor het individu als voor een collectief, bijv. een volk. In het eerste artikel van beide VN-verdragen van 1966 is het recht op zelfbeschikking van volken opgenomen. Het individuele recht op zelfbeschikking kan gezien worden als een element van de persoonlijke vrijheid, en daarmee als een grondslag van de mensenrechten. Het collectieve recht op zelfbeschikking wordt in de internationale verdragen weliswaar toegekend aan volken, maar er bestaat geen criterium op grond waarvan een bepaalde groep zich als `volk` internationaal-rechtelijk zelfbeschikking kan verwerven, bijv. door zich af te splitsen van een staat.
zeeroverij
(Ook: piraterij) Diefstal van schepen of goederen op zee door vanuit schepen opererende misdadigers. Zeeroverij kwam al voor in de oudheid, vooral in de Middellandse Zee. In de 16e-18e eeuw waren piraten actief op alle zeeën. Daarna werd de zeeroverij teruggedrongen door het optreden van georganiseerde marines. Dat zeeroverij niet is verdwenen bleek toen veel Vietnamese bootvluchtelingen sinds midden jaren zeventig werden overvallen, vermoord of verkracht door zeerovers. Zeeroverij geldt nu als een internationale misdaad. Het voorbeeld van het internationaal verbod van piraterij is nagevolgd in verdragen aangaande vliegtuigkaping en in de ontwikkeling van universele jurisdictie voor schenders van mensenrechten.
ziekten
Ongeveer de helft van alle sterfte van kinderen onder de vijf jaar is te wijten aan vijf ziekten die zowel te voorkomen als te behandelen zijn: longaandoeningen, diarree, mazelen, malaria en aids. Aan tuberculose overlijden jaarlijks twee miljoen mensen; de ziekte vergroot ook de kans op HIV-besmetting sterk. Malaria treft jaarlijks 500 miljoen mensen en leidt tot de dood van miljoenen. De longziekte SARS (Severe Acute Respiratory Syndrome) leidde in recente jaren tot de dood van meer dan achthonderd mensen. De gekkekoeienziekte is uiterst dodelijk maar eiste nog maar weinig mensenlevens door intensieve preventieve maatregelen. De WHO (Wereldgezondheidsorganisatie) is de belangrijkste internationale instelling voor het voorkomen van epidemieën. De WHO brengt ook statistieken uit over doodsoorzaken. De belangrijkste zijn hart- en vaakziekten (31%), besmettelijke ziekten (25%) en kanker (13%). Zie ook gezondheidsrechten
zwarte lijst
Een lijst van staten, personen, bedrijven of instellingen waarmee geen zaken mogen worden gedaan. Landen e.d. kunnen op een zwarte lijst worden geplaatst in het kader van een embargo of boycot. Het bijhouden van een zwarte lijst, bijv. door een vereniging met betrekking tot degenen die de verenigingsregels hebben overtreden, is gerechtvaardigd zolang ze dient ter bescherming van een wettig handelsdoel en niet uit kwaadwilligheid jegens de betrokkene voortkomt. Actiegroepen hanteerden een zwarte lijst van kunstenaars die ondanks de door de VN afgekondigde culturele boycot, optraden in Zuid-Afrika. Deze kunstenaars zouden als straf internationaal moeten worden geboycot. Internationale organisaties onderhouden in het algemeen geen zwarte lijsten van landen waar stelselmatig de mensenrechten worden geschonden, hoewel dit vaak is voorgesteld. Moeilijkheden bij het aanleggen van een zwarte lijst zijn het aanleggen van objectieve criteria en het treffen van sancties die effectief zijn.
zwangerschap
Verschillende internationaal-rechtelijke bepalingen beschermen zwangere vrouwen. Er mag geen doodstraf worden opgelegd aan zwangere vrouwen volgens het VN-verdrag (BuPo) en het Amerikaans Verdrag. Zwangere vrouwen en moeders genieten bijzondere bescherming volgens het VN-verdrag (BuPo). In Nederland is geen ontslag mogelijk tijdens zwangerschap en bestaat recht op betaald zwangerschapsverlof. In de zaak van een Nederlands vrouw die in 1981 in een sollicitatieprocedure werd afgewezen vanwege haar zwangerschap, besliste het Europese Gerechtshof (Europese Unie) in 1990 dat die afwijzing ongerechtvaardigd was. Sindsdien geldt zwangerschap niet als `ziekte` in de zin van de ziektewet. Een vrouw hoeft haar zwangerschap bij een sollicitatie niet te melden. Zie ook moederschap; voorzieningen